Het plein zat vol met mensen die in de voorjaarszon koffie dronken. Sommige aten er appeltaart bij. Bij de verschillende terrasjes werd op zwarte schoolborden die taart aangeprezen met de aanduiding “huisgemaakt”.
Huisgemaakt is een nogal aanstellerig, maar essentieel woord in de horeca. Huisgemaakte pasta, huisgemaakte soep, huisgemaakt brood. Waar is dat huis dan waar al dat heerlijks wordt vervaardigd? Je zou toch verwachten dat al die gerechten gewoon worden bereid in een keuken met industriële inrichting, zoals we die tegenwoordig kennen van de kookprogramma’s op tv. Of dat ze met een vrachtwagen worden afgeleverd en in de magnetron worden opgewamd.
Huisgemaakt roept een beeld van huiselijkheid op. Een beeld dat meestal vals is. Wat overigens niet af hoeft te doen aan de smaak van de etenswaar.
Het is opvallend dat je het synoniem van huisgemaakt –”zelfgemaakt” – nooit op zo’n schoolbord bij een terras zult lezen. Maar wel heel begrijpelijk. Want zelfgemaakt mag dan wel precies dezelfde betekenis hebben, de associaties zijn heel anders. Als een restaurant zijn klanten een “zelfgemaakte appeltaart” aanbiedt, roept dat de associatie op van goed bedoeld amateurisme.
Andersom werkt ook niet: iemand die de verjaardagsvisite een “huisgemaakte kwarktaart” serveert, wordt al snel verdacht van aanstellerij!