Laatst zag ik in de krant een contactadvertentie – zo een van een bureau op stand dat voor rijke cliënten de relatiemarkt verkent. Het ging om een zakenvrouw die een partner zocht `om leuke dingen mee te doen.’ Het bureau prees haar namens haarzelf de hemel in, zo leuk en intelligent en succesvol was ze. Natuurlijk had ze ook hobby’s, dezelfde hobby’s als de rest van partnerzoekend Nederland: langs het strand wandelen, stedentrips, met een glas wijn bij het haardvuur zitten. En een boekje lezen.
Dat laatste interesseerde me. `Een boekje lezen’, die enigszins kinderlijke uitdrukking gebruik je niet zomaar in een profiel waarin je jezelf zo goed mogelijk presenteert . De geslaagde zakenvrouw wilde aangeven dat ze wel eens een boek inkeek, maar dat de toekomstige partner niet moest denken dat ze een literatuurfanaat was.
Met andere woorden: de dame las af en toe een lekkere thriller of een chicklit-verhaaltje. Zo’n boek dat weg hapt als een suikerspin: zodra je het uit hebt, ben je al weer vergeten waar het over ging. Had ze van zichzelf gezegd dat ze `van lezen hield’, dan was er een heel andere interpretatie mogelijk geweest. Een geïnteresseerde man had dan kunnen denken dat Oorlog en Vrede op haar nachtkastje lag, dat ze op zondagochtend Virginia Woolf las.
Zo subtiel is taal: het maakt zelfs nogal wat uit of je `wel eens een boekje leest’ of dat je `van lezen houdt’.